In 1886 werd het deel van het landgoed Klarenbeek dat gelegen was tussen de Velperweg en de Rosendaalseweg verkocht aan de industrieel J.H. Lüps, die op kasteel Biljoen in Velp woonde. Hij was wat we tegenwoordig een projectontwikkelaar zouden noemen en plande op Klarenbeek een luxe villawijk.
Gelders Archief,1506 Kaartenverzameling Gemeente Arnhem 577
Van het oorspronkelijke plan is weinig gerealiseerd. Alleen langs de Velperweg (toen nog Ernst Casimirlaan) en de Oude Velperweg (toen Velperweg) werden villa’s gebouwd. Van het huidige stratenpatroon is alleen de Huijghenslaan terug te vinden.
Nadat het stratenpatroon in 1898 was vastgelegd, werd Angerenstein zuid gebouwd zoals we het nu kennen. Het gedeelte aan de Angerensteinse zijde van de Huijghenslaan, met het landhuis en de sportvelden, bleef nog onbebouwd.
In 1912 maakte de Dienst Gemeentewerken voor dit gebied een plan voor de aanleg van nieuwe wegen. Er werd een fraaie ingekleurde tekening gemaakt, waarop te zien is dat Huis Klarenbeek en de vijverpartijen gehandhaafd werden. Ook de voetbalvelden van Vitesse zouden blijven bestaan. Voor het overige zouden er bijna uitsluitend ruim opgezette vrijstaande villa’s gebouwd worden. Uitzondering vormde de aaneengesloten bebouwing langs de Rosendaalseweg. Op de kaart zijn de latere Karthuizerstraat en het daarop aansluitende onderste deel van de Julianalaan al enigszins te herkennen, net als de Laan van Angerenstein en de Verlengde Prümelaan. De Laan van Klarenbeek is uiteindelijk heel anders gerealiseerd. Die loopt nu vanaf de Rosendaalseweg dwars door Huis Klarenbeek en de vijver door naar de Velperweg.
Gelders Archief, 1506 Kaartenverzameling Gemeente Arnhem 577
Buurman Jan de Goeijen van Angerenstein zag dit plan echter helemaal niet zitten. Zo’n woonwijk naast je landgoed vond hij een beperking van zijn woongenot. Hij koos voor de eenvoudigste oplossing en kocht de gronden van Lüps. De Arnhemse Courant berichtte hierover op 09-11-1912.
De Goeijen maakte zelf plannen om het landhuis om te bouwen tot een luxe hotel. Door de Eerste Wereldoorlog is daar niets van gekomen. De voetbalvelden moesten plaats maken voor een tennispark, de grote passie van De Goeijen en zijn zoon John.