Koopcontracten kunnen soms interessante historische en ook wel amusante informatie bevatten. Sommige bepalingen stammen nog uit de negentiende eeuw. Hieronder twee voorbeelden. Als u nog interesssante, opmerkelijke of amusante bepalingen in uw koopcontract heeft staan horen wij dat graag van u.
Uit een koopcontract van een pand aan de Raapopseweg komen de volgende bepalingen uit 1911, die voor een deel nog teruggaan op de verkoop van het landgoed Klarenbeek in 1886 aan de aan de industrieel J.H. Lüps, die op kasteel Biljoen in Velp woonde. Hij was wat we tegenwoordig een projectontwikkelaar zouden noemen en plande op Klarenbeek een luxe villawijk.
2. Het verkochte mag niet worden gebruikt tot den aanleg van begraafplaatsen noch tot inrichtingen voor lijkverbranding noch tot hospitalen uitsluitend bestemd tot verpleging van personen aan besmettelijke ziekte lijdende of tot gestichten voor krankzinnigen.
3. Op het verkochte zullen geen stoomwerktuigen of stoomfabrieken geplaatst worden noch bleekerijen, ververijen of leerlooierijen noch andere inrichtingen die stankof geraas veroorzaken.
4. Op het verkochte mogen alleen woonhuizen met stallen of bijgebouwen geplaatst worden die ook tot winkels, koffiehuizen, restauraties en hotels mogen worden ingericht en welke woonhuizen ook kunnen worden verdeeld in beneden- en bovenwoningen met afzonderlijke opgang
waarbij het volgende in acht zal moeten worden genomen:
a. dat de huizen moeten bestaan uit minstens twee verdiepingen daaronder niet begrepen het souterrain.
b. dat met inbegrip van dit laatste zij eene gevelhoogte moeten hebben van minstens acht meter.
c. dat het parterre van het front moet bevatten behalve de huisdeur, twee ramen ter breedte van minstens een meter. De huisdeuren kunnen ook in de zijgevel geplaatst worden. Van dat sub c vermelde kan afgeweken worden voorzover de verkooper de teekening van de te stichten gebouwen heeft goedgekeurd en getekend.
d. dat elk huis zonder de bijgebouwen een aannemingssom van zes duizend gulden moethebben.
e. dat de woonhuizen daaronder begrepen veranda’s, koepels en verdere getimmerten niet achter aan den openbare weg mogen worden gebouwd dan op een rooilijn zoals door de gemeente Arnhem is vastgesteld.
f. dat de stallen en bijgebouwen en daarbij behoorende mest- en aschvaalten die eerst kunnen worden geplaatst wanneer het huis waartoe zij behooren onderdak is tenminste twintig meter van den openbaren weg en ten minste tien meter van den aangrenzenden grond aan verkooper toebehoorende of naastgelegen erven verwijderd moeten staan.
5. De scheiding tusschen de voortuinen hoogstens tien meter moet bestaan uiteen ijzeren hek ter hoogte van minstens een meter en niet duurder dan twee gulden vijftig cent de strekkende meter. De afsluiting tusschen de kadastrale perceelen aan den openbare wegen zal gemaakt moeten worden door een ijzeren hek op kosten van den kooper ongeveeer ter hoogte en minstens voorden prijs die hiervoor is aangegeven. Voor zooverre de muur van de gestichte gebouwen tot op de scheiding staat behoeft geen verdere afrastering tusschen dit verkochte perceel en dat aan den verkooper verblijvende worden daargesteld. De verdere afscheiding van het verkochte en het verdere eigendom van den verkooper moet voor gemeenschappelijke rekening en in gemeenschappelijk overleg geschieden, dat laatste geldt ook voorde eerste alinea van dit artikel. Mocht door den verkooper belendende perceelen zijn of worden verkocht zoo trede de kooper dier percelen in de plaats van den verkooper voor zooverre hunne perceelen aan den bij deze verkochte grond grenst. Mocht met het hier omtrent niet eens kunnen worden, dat moet een muur gezet worden ter hoogte van twee meter, ter dikte van een en een halve meter en rollagen van twee stenen.
De afscheiding zal voorde helft op ieders grond geplaatst gemeenschappelijk eigendom en ook voor gemeenschappelijke rekening onderhouden worden dat geldt ook voor de eerste alinea van dit artikel. Mocht bij een perceel eene afscheiding bestaan die het eigendom of medeeigendom van den verkooper is zoo moet de kooper dit eigendom vergoeden.
6. De boven sub 3 tot en met 5 alsmede de volgende onder 10 opgenoemde verplichtingen die voor een deel reeds bij het hiervoor aangehaald procesverbaal van tien en vierentwintig mei achttienhonderd zesentachtig ten behoeve van daarbij aangewezen erven of belanghebbenden werden in het leven geroepen zullen als zakelijke lasten op het verkochte rusten in het belang van den verkooper toebehoorende gronden die bij gemelde processen verbaal verkregen zijn, alsmede van het hem toebehorend kasteel “Biljoen” te Velp, kadastraal bekend gemeente Velp sectie B nommer 38, en moeten door den kooper worden nageleefd op verbeurte eener boete van vijfduizend gulden ten behoeve van verkooper of diens rechtverkrijgenden zoo dikwijls de koper opgevorderd zijnde aan zijne verplichtingen te voldoen acht weken zat hebben laten voorbijgaan zonder aan de opvordering gevolg te geven, stemmen partijen toe dat elke overtreding of nalatigheid te dien aanzien in het hoogste ressort zal worden uitgemaakt door de Arrondissementsrechtbank te Arnhem. 10. De kooper zal binnen een jaar de te stichten gebouwen onderden kap moeten hebben.”
In een koopcontract uit 1938 van een pand aan de Karthuizerstraat zijn bepalingen overgenomen uit een oudere overeenkomst uit 1913.
Op het verkochte mogen geen bad- of ziekenhuizen, sanatoria, arbeiderswoningen, fabrieken en trafieken, geen mestvaalten en dergelijke inrichtingen, geen bordelen, nacht-, dans-, koffie-, wijn-, bier- of speelhuizen, sociëteiten of clublokalen, noch inrichtingen van publieke vermakelijkheden of zoodanige als bedoeld en omschreven in de Hinderwet, worden opgericht, terwijl het voorts verboden is in de gebouwde perceelen een winkelbedrijf uit te oefenen of een perceel daartoe in te richten.
Bij elke overtreding door koopster of opvolgende eigenarenvan dit bepaalde, verbeurt de eigenaar ten behoeve van verkoopers of hun rechtverkrijgenden een dadelijk opeischbare boete ten bedrage van vijduizend gulden.